De Transitiecommissie Stelselherziening Jeugd is een onafhankelijke commissie door de Rijksoverheid, de Vereniging Nederlandse Gemeenten en het Inter Provinciaal Overleg om de voortgang van de decentralisaties van alle jeugdhulp naar gemeenten te volgen.
Managementsamenvatting (p3)
“De TSJ heeft ingestemd met het verzoek van de bestuurspartners (Rijk, VNG en IPO) om de RTA’s voor het realiseren van zorgcontinuïteit, continuïteit van zorginfrastructuur en beperking van de frictiekosten te toetsen. De TSJ neemt deze taak op zich vanuit het besef dat gemeenten, aanbieders, BJZ’s en andere partners voor een majeure operatie staan die zijn weerga niet kent en die bovendien met een grote bezuiniging gepaard gaat. Het is cruciaal dat deze decentralisatie zorgvuldig gebeurt. De TSJ bepleit al geruime tijd de weg van geleidelijkheid (de ‘zachte landing’) en ziet dat in de regio’s aan deze ‘zachte landing’ wordt gewerkt, maar dat er nog veel moet gebeuren. De TSJ herhaalt haar conclusie uit de tussenrapportage dat het proces van de totstandkoming van de RTA’s hiervoor buitengewoon waardevol is gebleken.
De TSJ concludeert in deze eindrapportage dat de doelstellingen van de RTA’s (zorgcontinuïteit, behoud van zorginfrastructuur en beperking van de frictiekosten) op dit moment niet zijn gehaald, met als belangrijkste reden dat tot op de dag van vandaag te veel onduidelijkheid over het macrobudget bestaat als randvoorwaarde voor het maken van regionale afspraken. Het is de TSJ gebleken dat de afspraken in vrijwel alle RTA’s zijn gebaseerd op de veronderstelling dat het macrobudget van de meicirculaire 2013 niet juist is berekend. Die veronderstelling is gevoed door het proces van de totstandkoming van het RTA’s, waarbij in de regio’s een uitvraag bij zorgaanbieders heeft plaatsgevonden over het zorggebruik in de regio. Pas wanneer er meer duidelijkheid voor een regio over de juiste inschatting van het budget bestaat en de regio deze naar de inhoud van het RTA kan vertalen, valt een conclusie te trekken over het behalen van de doelstellingen van de RTA’s. Regio’s, aanbieders en BJZ’s, die ondanks het ontbreken van de noodzakelijke randvoorwaarde van helderheid over het macrobudget tot afspraken zijn gekomen, verdienen dan ook een groot compliment.
De bestuurspartners hebben benadrukt dat de TSJ de beoordeling moet maken aan de hand van de eisen die zij aan de RTA’s hebben gesteld en dat zij zich aan het oordeel van de TSJ zullen committeren. In dat licht moet de TSJ concluderen dat geen enkele RTA aan alle eisen van de opdrachtgevers voldoet.
De afstand tussen de RTA’s en het behalen van de doelstellingen (zorgcontinuïteit, continuïteit van zorginfrastructuur en beperking van frictiekosten) is in elke regio niet even groot. Dat stelt de TSJ in staat om de regio’s in deze eindrapportage een kwalificatie te geven, die zich richt op de potentie om de doelstellingen van de RTA’s alsnog tijdig te realiseren zodra de randvoorwaarden hiervoor zijn gerealiseerd (vooral helderheid over het macrobudget).
Regio’s en aanbieders geven aan dat de ingeslagen weg van de RTA’s de juiste is om de doelstellingen van de RTA’s te behalen. De TSJ kan dit op grond van de beoordeelde RTA’s en de gevoerde gesprekken alleen maar bevestigen. De TSJ beveelt daarom aan de samenwerking tussen gemeenten, BJZ’s, aanbieders en huidige financiers op regionaal niveau voort te zetten en daar waar nodig te intensiveren.
Tegelijkertijd wil de TSJ helder maken dat het niet te verwachten is dat met voortzetting van dit proces (of met welk alternatief traject dan ook) de doelstellingen van zorgcontinuïteit, behoud van zorginfrastructuur en het beperken van frictiekosten kunnen worden bereikt als er geen maatregelen worden genomen om de door de TSJ gesignaleerde risico’s te beheersen. Het belangrijkste risico betreft de onduidelijkheid rond het macrobudget dat gemeenten in 2015 krijgen. Voortduren van onduidelijkheid en onzekerheid hierover is naar de mening van de TSJ een ‘showstopper’.
Verder constateert de TSJ drie verschillende soorten risico’s voor de doelstellingen van het RTA: (1) risico’s die zich buiten het decentralisatieproces jeugd bevinden (bijvoorbeeld de uitwerking van de beleidsmaatregelen op het gebied van de GGZ in het algemeen), (2) risico’s binnen de decentralisatie jeugd die het niveau van afzonderlijke gemeenten en regio’s overstijgen en door de bestuurspartners moeten worden opgelost (bijvoorbeeld de regie op de veranderopgave van de BJZ’s) en (3) risico’s die het gevolg zijn van de werkwijze van de regio’s en die de regio’s zelf moeten beheersen (bijvoorbeeld snelle duidelijkheid over de bekostigingssystematiek).
De TSJ benadrukt het belang dat bestuurspartners de juiste randvoorwaarden scheppen en dat de regio’s de vaart in het proces blijven houden om de verdere voorbereiding, operationalisering en implementatie bij gemeenten tijdig uit te voeren in de aanloop naar 1 januari 2015. De TSJ hecht er tenslotte aan dat ook aanbieders hun verantwoordelijkheid blijven nemen en constructief blijven meewerken aan de transitie.” Download rapport >
Aanbiedingsbrief
Aanbiedingsbrief en reactie van staatssecretaris Van Rijn (VWS) mede namens staatssecretaris Teeven (VenJ) aan de Tweede Kamer bij de eindrapportage van de Transitiecommissie Stelselherziening Jeugd (TSJ) over de inhoud en totstandkoming van de regionale transitiearrangementen (RTA’s) omvat conclusies en aanbevelingen. Download aanbiedingsbrief >
Op de hoogte blijven voor alles rondom PRIMO & ontwikkelingen op het gebied van Risico Management? Schrijf dan in voor onze Nieuwsbrief.